Actualiteiten

Koperverlaging biggenvoeders



Volgens de nieuwe koperwetgeving (EU 2018/1039) mag biggenvoer dat tot uiterlijk 4 weken na spenen gevoerd wordt, maximaal 150 (140) ppm (toegevoegd) koper bevatten. In de fase tot 8 weken na spenen, mag het biggenvoer voortaan niet meer dan 100 (90) ppm (toegevoegd) koper bevatten. Afhankelijk van de speenleeftijd, het type varken en uiteraard de groei komt dat in de praktijk meestal neer op varkens met een gewicht van ongeveer 27 tot 32 kg. Tot dan mag er dus maximaal 90 mg koper per kg diervoer worden toegevoegd.

Koper is niet alleen een essentieel spoorelement voor varkens; in hoge doseringen beschermt het de darm van gespeende biggen tegen infecties en werkt het groeibevorderend. Maar omdat een groot gedeelte van dat koper uiteindelijk via de mest in het leefmilieu terecht komt, heeft Europa afgelopen jaar besloten om de maximale gehalten aan koper in varkensvoer te verlagen. Uiterlijk tegen 13 augustus 2019 moeten alle voeders aangepast zijn aan de nieuwe EU koperwetgeving. Veel tijd voor bezinning is er dus niet meer...

Dit hoeft ook niet, want wij als Gunnewick Mengvoeders hebben al vanaf 2018 een maximum gehanteerd van 150mg Koper in onze speen en biggenvoeders. We hebben sindsdien ook al 2 lijnen speen- en biggenvoeders die tot maar 90mg Koper gaan, maar dan in een 100% chelaatvorm. Deze chelaatvorm geeft een hele hoge beschikbaarheid van het element en wij gebruiken dit al jaren met goede resultaten. Ook onze andere voerlijnen bevatten een groot deel Chelaatvormige sporenelementen om een hoge beschikbaarheid te waarborgen voor uw dieren.
In bepaalde lijnen biggenvoeders en Big-/Startvoeders gaan we dus wel een verlaging doorvoeren van 150mg naar max. 90mg Koper. U kunt hierdoor mogelijk een wat lichtere mest zien, maar de mestconsistentie zal hierdoor niet wijzigen.

Bij vragen, raadpleeg dan een van onze specialisten; Jasper Knoef, Henk-Jan Hetterschijt of Marc van Uum